De followup van melanoom patiënten is controversieel. Enerzijds spelen vroege detectie van recidieven en geruststellen van de patiënt een rol, anderzijds wijst onderzoek uit dat patiënten meestal zelf hun recidief ontdekken. In tegenstelling tot het locoregionaal gemetastaseerd melanoom bestaat slechts zelden curatieve behandeling voor afstandsmetastasen. Momenteel bestaat er geen evidentie in de richtlijn voor de frequentie van de followup controles.
Doel studie
Het doel van deze studie is het onderzoeken van de gezondheid gerelateerde kwaliteit van leven, het bestaan van angst en bezorgdheid om kanker en de effectiviteit van het opsporen van recidieven in een experimenteel – en een conventioneel followup protocol.
Vraagstelling/ hypotheses
1. Is er sprake van een verschil in angst en kwaliteit van leven tussen patiënten die gecontroleerd worden via het
huidige followup schema en patiënten die gecontroleerd worden via het gereduceerde followup schema?
2. Is er een verschil in recidief detectie tussen beide groepen (bv. moment van detectie en wijze waarop detectie plaats-
vindt)?
(Klinische) relevantie
De resultaten van dit onderzoek kunnen gevolgen hebben voor de followup frequentie en followup duur van het melanoom. Tevens wordt aandacht besteed aan zelfonderzoek.
Translatie/ implementatie
1. Als blijkt dat het gereduceerde followup schema tot niet meer angst of kwaliteit van leven problemen leidt en tot
vergelijkbare recidief detectie dan kan met minder followup bezoeken volstaan worden.
2. Opname van de onderzoeksresultaten in de richtlijn Melanoom.