Introductie
Patiënten met kanker hebben vaak problemen met eten waardoor de voedingstoestand kan verslechteren. Het verdwijnen van het plezier in eten heeft naast fysieke gevolgen ook psychosociale gevolgen. Eten is meer dan alleen het binnenkrijgen van voldoende voedingsstoffen. Er is echter weinig bekend over de psychosociale gevolgen van het onvermogen tot eten bij kanker. Beschikbare informatie over dit onderwerp is vooral gebaseerd op onderzoeken gedaan onder patiënten met vergevorderde kanker en cachexie. Er is meer onderzoek nodig om inzicht te verkrijgen in de psychosociale gevolgen van het onvermogen tot eten bij kanker in alle fases van de ziekte.
Doel studie
Doel van deze studie is om beter inzicht te krijgen in de psychosociale gevolgen voor patiënten en naasten van het onvermogen tot eten bij kanker, en wat patiënten en naasten nodig hebben om met deze problematiek om te gaan. Daarnaast is het doel om te achterhalen hoeveel last patiënten en naasten ervaren van deze psychosociale gevolgen. Op basis de verkregen inzichten wordt er zowel digitale informatie voor patiënten en naasten ontwikkeld, als een e-learning voor verpleegkundigen, om zo meer bekendheid en bewustwording over deze problematiek te realiseren.
Vraagstelling/ hypotheses
1. Wat zijn de psychosociale gevolgen van het onvermogen tot eten voor patiënten met kanker en hun naasten?
2. Welke hulp- en informatiebehoeften hebben patiënten en naasten met betrekking tot het omgaan met de psychosociale gevolgen van het onvermogen tot eten?
3. Hoeveel last ervaren patiënten en naasten van de psychosociale gevolgen van het onvermogen tot eten bij kanker?
(Klinische) relevantie
Patiënten en naasten geven aan behoefte te hebben aan informatie en professionele begeleiding bij de psychosociale gevolgen van het onvermogen tot eten bij kanker. Zorgverleners geven aan dit onderwerp te vermijden omdat ze geen adequate oplossing voor handen hebben. Betere informatie over dit onderwerp is nodig voor het sneller signaleren en bespreekbaar maken van de psychosociale last van het onvermogen tot eten.
Translatie/ implementatie
Het project bestaat uit een interviewstudie met patienten (N=24) en naasten (N=11) en een vragenlijstonderzoek onder patienten (N=100) en naasten (N=50). De studiepopulatie bestaat uit zowel patiënten met overwegend mechanische klachten (hoofd-hals) als patiënten met voornamelijk malaiseklachten (long). Daarnaast is er een groep toegevoegd met voedingsklachten die overwegend curatief worden behandeld (lymfeklierkanker). Inzichten op basis van deze brede populatie worden vertaald naar digitale informatie voor patienten en naasten die beschikbaar wordt gesteld via kanker.nl en voedingenkanker.info Daarnaast wordt een e-learing ontwikkeld voor verpleegkundigen.