Hanneke de Haes en de psychosociale oncologie


Gemiddelde leestijd: 8 min


Er was eens een koning. Zo willen sprookjes nog wel eens beginnen. Bij het spreken over Hanneke wil ik het hebben over haar als de koningin – in de goede zin van het woord – van de psychosociale oncologie. Natuurlijk geen sprookje maar wel een bijzonder verhaal waar – zoals bij sprookjes – ook inspiratie en morele kaders uit kunnen worden meegenomen.

Er was eens Hanneke.

Er was eens Hanneke die – toen er nog amper psychosociale oncologie bestond – bij het studiecentrum psychosociale oncologie in Rotterdam ging werken. Waar wij nu staan met ons vak is daar in zekere zin begonnen; en zij was daarbij. Iemand is koningin omdat ze het land erf van haar ouders of omdat ze trouwt met de koning. In dit geval was er geen land – er was geen psychosociaal oncologisch landschap en er was ook geen soortgelijk veld waar je je aan kon spiegelen. Ze schiep samen met anderen dit veld en maakte anderen deelgenoot. Want dat was kenmerkend – mensen inspireren en verbindingen leggen. Puur voor ‘de zaak’ gaan zonder eigenbelang. Zo maakte ze samen met anderen van niets – iets, en uiteindelijk heel veel.

Hoe ging dat verhaal? Want ze was niet alleen maar toevallig de juiste persoon op de juiste plaats en op het juiste moment, toen de psychosociale oncologie tot wasdom kwam.

Er was eens Hanneke.

Er was eens Hanneke die onderzoek ging doen naar kwaliteit van leven bij kanker. Heel nieuw en in een tijd dat er door – vooral mannelijke medici in witte jassen – wat onwennig werd meegedacht.

Ze zette het thema kwaliteit van leven op de kaart. Ze promoveerde erop en wierp met het onderzoek een grote steen in de vijver. Het begon her en der te kabbelen en steeds meer onderzoekers raakten aangeraakt door het onderwerp en werden geïnspireerd door haar werk. Ook had ze veel invloed binnen het KWF die het onderzoek met vaste subsidievormen goed ondersteunde.

Haar onderzoek op het vlak van de oncologie is al indrukwekkend en dan te bedenken dat ze ook nog vele andere thema’s oppakte. Ze werd hoogleraar en had veel gezag waarbij ze verbindend, betrokken en wijs was, van veel visie getuigde en af en toe ook streng uit de hoek kon komen. Maar ook lief en lovend als ze vond dat het goed was. Ze was een hoogleraar in de ware zin van het woord en dus ook af en toe verstrooid.

Een voorbeeld. Ik zat jaren geleden met wat collega’s in de trein vanuit Brussel op weg naar huis. Ineens loopt Hanneke door de trein en ziet ons zitten. Blije groet, maar wat onrustig. Ze kwam net als wij terug van een congres. Ze zat in de rats over het volgende. Ze had een presentatie gegeven op het congres en moest direct na haar presentatie rennen om de trein te halen. Achter in de zaal had ze haar dia’s snel uit de machine gehaald; dat had je in die tijd nog en in haar colbertje gestopt. In de trein kwam ze er alleen achter dat het niet haar eigen dia’s waren – maar die van de meneer die na haar moest presenteren. Ze maakte zich daar wel zorgen over en merkte droog op dat hij wel net zo verrast zou zijn met haar dia’s als zij met die van hem.

De oprichting van de NVPO

In 1992 was Hanneke naar de ESPO (European Society of Psychosocial Oncology) geweest en geïnspireerd geraakt. Ze wilde in Nederland een vereniging voor psychosociale oncologie opzetten naar voorbeeld van de Engelse BIPOS. De doelstelling was duidelijk, het moest een multidisciplinaire vereniging voor professionals op het gebied van de psychosociale oncologie worden, zowel wetenschappers als professionals in de klinische praktijk.

Hanneke vroeg mij met haar de kar te trekken. We deelden onze passie voor de psychosociale oncologische zorg, zij vanuit de wetenschap, ik vanuit mijn werk bij het Integraal Kankercentrum Amsterdam. Van meet af aan probeerden we het hele veld van relevante beroepsgroepen erbij betrekken, medisch specialisten, huisartsen, verpleegkundigen, maatschappelijk werkenden, psychologen, wetenschappelijk onderzoekers en vertegenwoordigers van organisaties als KWF en Integrale Kankercentra.

Op zoek naar medestanders om de vereniging op te richten startten we het zogenaamde ‘Krokettenoverleg’ in de eerste klas restauratie van het Centraal Station in Amsterdam, telkens met nieuwe enthousiaste professionals. Zo kwam het eerste bestuur tot stand. We stuurden een enquête uit met de mogelijkheid je aan te melden als toekomstig lid. Meer dan 150 positieve reacties kwamen binnen en in maart 1993 werd het oprichtingscongres gehouden.

Hanneke was de eerste voorzitter en heef die functie zeven jaar met verve vervuld. Er moest een logo komen, een tijdschrift, werkgroepen, een netwerk met andere beroepsverenigingen worden ontwikkeld. Ze was een buitengewoon prettige en effectieve voorzitter. De missie wetenschap en praktijk te koppelen bleef voortdurend het doel. Ze was blij met de ontwikkeling van de vereniging, de professionaliteit en de inzet van zovelen die samen de passie voor de psychosociale oncologie delen. Tot haar dood bleef zij met raad en daad betrokken bij de vereniging. We zullen haar enorm missen.

Fenna Postma

Er was eens Hanneke.

Er was eens Hanneke die bedacht dat onderzoek doen alleen niet genoeg was om zaken in beweging te krijgen. Samen met anderen – waaronder Fenna Postma – was ze de drijvende kracht bij het oprichten van de NVPO. Jaren was ze boegbeeld en voorzitter. De flosofe was om én verschillende disciplines
én onderzoek en zorg te verbinden.

Het is van enorme invloed op de stand van het huidige psychosociaal oncologische landschap dat de NVPO er kwam, en juist ook door de door haar vaak gepropageerde filosofie: verbindt onderzoek en zorg. Onderzoeker in hart en nieren – maar veel oog voor de klinische praktijk.

Ik kwam op enig moment in het bestuur en later volgde ik haar op als voorzitter. Bij de overdracht had ze een hamer – met rode verfvlekken erop; die had ze uit haar gereedschapskist meegenomen. Kenmerkend: ze had zich de avond tevoren gerealiseerd dat bij de overdracht een ritueel paste; vandaar deze noodgreep. Wat me ook is bijgebleven: de heel bijzondere etentjes met dat bestuur – met Hanneke als spil. De herinnering daaraan is de disgenoten van toen heel dierbaar.

Twintig jaar later. Ze zocht contact met me en wilde graag spreken over de NVPO. Ze zag opnieuw wel een rol voor mij als voorzitter. Ik kan raden aan wat voor touwtjes ze daarna heeft getrokken en jawel het bestuur vroeg me voorzitter te worden. Ik ging terug naar haar en vroeg: “vind je nu echt dat ik dat moet doen – weer voorzitter worden?”. Het antwoord: “Ja, dat zou ik heel erg plezierig vinden”. Aldus – gedaan, want dan doe je dan; kenmerkend: haar oordeel woog zwaar.

Er is Hanneke.

Er is Hanneke en er blijf Hanneke. Natuurlijk – in onze gedachten en herinneringen. Maar terugkomend op wat ik aan het begin zei over inspiratie en morele kaders de volgende hint. Alleen herinneren vind ik persoonlijk wat mager. Laten we ons laten inspireren door de dingen de ze zo lang heef voorgeleefd. Je kunt vast zaken halen uit het contact met haar die je scherp bijstaan en je aanspreken. Zo kunnen ideeën, een aanpak, morele kaders of de manier van belangstelling tonen voor je gesprekspartner worden toegevoegd aan je eigen gedragsrepertoire.

Je kunt er zelf plezier aan ontlenen en haar tegelijk ook eren door iets voort te laten gaan. Dat kan groots en meeslepend, maar het kan ook heel klein door bijvoorbeeld een woord te gebruiken dat ze bezigde. Voor mij is dat het woord ‘geestig’. Ik ga in ieder geval vaker ‘geestig’ zeggen, waarbij ik dan ook weer even aan haar zal denken.

Over Hanneke de Haes (1949-2020)

1988Gepromoveerd aan de Universiteit van Leiden
1989Aanstelling als UHD bij de afdeling Medische Psychologie AMC
1995Benoeming tot hoogleraar Medische Psychologie, AMC/Universiteit van Amsterdam
1996Organisatie van het 9de congres van de European Society for Psychosocial Oncology (ESPO) in Amsterdam
1998Muntendamprijs/KWF
2007Wolter Goeman prijs van de LVMP
2013Bernhard FOx Memorial Award/IPOS
2014Emeritaat Medische Psychologie
2015Geridderd in de Orde van de Nederlandse Leeuw

Noot

Bovenstaande tekst – samen met een deel uit “van de voorzitter” – heef Robbert Sanderman eerder uitgesproken bij het afscheid op 28 november 2020

Meer artikelen lezen:

Als je altijd maar doorgaat, hou je dat wel vol?

1 maart 2024

Werken in de zorg vraagt veel van je. En in de oncologie ...

Michiel Greidanus

1 maart 2024

Als onderzoeker bij het Amsterdam UMC richt Michiel Greid...